Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe STAB OGR Update aan.
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die sinds de vorige nieuwsbrief op www.ogr-updates.nl is gepubliceerd. De rechtspraak wordt geselecteerd en samengevat door medewerkers van STAB.
Annotatie
Ruud Veenhof, adviseur bij STAB, schreef een annotatie bij de uitspraak van de Afdeling van 7 februari 2024 (ECLI:NL:RVS:2024:479). In deze uitspraak over een bestemmingsplan oordeelt de Afdeling dat de raad niet deugdelijk heeft gemotiveerd dat een inbreuk op de wettelijke regeling van het vergunningvrij bouwen gerechtvaardigd is voor de achtertuinen van de percelen van appellante. Volgens de Afdeling zijn enkele beoordelingscriteria die door de raad zijn gehanteerd namelijk onvoldoende locatiespecifiek. De gekozen beoordelingsmethodiek is daarom in strijd met het Bor dat een landelijke regeling vormt die alleen vanwege locatiespecifieke omstandigheden mag worden doorkruist. In de annotatie wordt het oordeel van de Afdeling nader besproken en wordt ook ingegaan op de vraag of de beoordeling van een dergelijke planregeling door de Afdeling na inwerkingtreding van de Omgevingswet wellicht anders kan uitvallen.
Rechtspraak
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen vanaf de website downloaden. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit:
Planschade ten gevolge van een provinciale verordening als bedoeld in artikel 4.1, derde lid, van de Wro, stalderingsregeling
Een varkenshouderij heeft verzocht om tegemoetkoming in planschade die zij heeft geleden door de inwerkingtreding van een provinciale verordening omdat de regels daaruit tot een beperking van de gebruiksmogelijkheden en bebouwingsmogelijkheden van haar perceel hebben geleid. Het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant heeft het verzoek afgewezen, onder meer vanwege de beperkte werkingsduur van de verordening, namelijk tot het moment dat het bestemmingsplan ermee in overeenstemming is gebracht. De rechtbank Oost-Brabant heeft het beroep van de varkenshouderij gegrond verklaard. De Afdeling overweegt onder meer dat het feit dat in beginsel binnen een jaar na de inwerkingtreding van de verordening een bestemmingsplan wordt vastgesteld, niet betekent dat in de verordening opgenomen planologische beperkingen van tijdelijke aard zijn. De varkenshouderij kan dan ook ten gevolge van een dergelijke bepaling permanente schade hebben geleden, bestaande uit waardevermindering van het perceel. De planschade moet in dat geval aan de verordening worden toegerekend. OGR 2024-0030
Omgevingsvergunning milieu, dat de standaardnormen uit de Wgv niet worden gehaald, is voldoende reden om de vergunning op grond van BBT-conclusie 12 en 13 van de BBT‑conclusies voor intensieve veehouderij te actualiseren.
Een pluimveehouderij heeft een vergunning aangevraagd, onder meer ten behoeve van de opslag van nagedroogde pluimveemest in een nieuw op te richten mestloods. Het college van burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas heeft de gevraagde veranderingsvergunning verleend, daarbij heeft het college ook de bestaande revisievergunning ambtshalve geactualiseerd. Op grond van BBT-conclusie 12 en 13 van de BBT-conclusies voor intensieve pluimvee- of varkenshouderij heeft het college in de nieuwe vergunning een geurbeheersplan voorgeschreven. De pluimveehouderij betoogt dat daarvoor onvoldoende aanleiding bestaat. De rechtbank Limburg is van oordeel dat de BBT-conclusies van toepassing zijn, aangezien bij gevoelige receptoren geurhinder wordt verwacht. Dit volgt volgens de rechtbank uit het feit dat niet wordt voldaan aan de standaardnormen uit de Wet geurhinder en veehouderij. OGR 2024-0031
Omgevingsvergunning milieu en maatwerkvoorschriften, dat binnen de aangevraagde be- en ontgassingspraktijk de wettelijke grenswaarde kan worden overschreden en dat het niet verboden is dat deze grenswaarde wordt overschreden, betekent volgens de rechtbank niet dat onvoldoende is geborgd dat de activiteiten veilig plaatsvinden.
Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft een omgevingsvergunning milieu verleend aan een inrichting waar op- en overslag van zeecontainers en stukgoederen plaatsvindt. De vergunning betreft onder meer het begassen en aansluitend ontgassen van containers. Voor het begassen wordt onder meer gebruikgemaakt van sulfurylfluoride, hierbij ontstaat fosfine. Er is beroep ingesteld door twee milieuorganisaties. Zij betogen dat onvoldoende is geborgd dat de grenswaarden voor deze stoffen niet worden overschreden. STAB heeft onder meer geconcludeerd dat binnen de aangevraagde be- en ontgassingspraktijk de norm uit het wettelijke gebruiksvoorschrift voor sulfurylfluoride op de grens van de inrichting kan worden overschreden. De rechtbank Amsterdam is van oordeel dat dit en het feit dat het niet verboden is om de grenswaarden te overschrijden, niet betekent dat onvoldoende is geborgd dat de activiteiten veilig plaatsvinden omdat wel is voorgeschreven dat op dat moment maatregelen moet worden getroffen. OGR 2024-0033
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen hebben over uw abonnement op deze nieuwsbrief of de website www.ogr-updates.nl, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl.
Heeft u inhoudelijk opmerkingen of vragen over de samenvattingen en/of annotaties op www.ogr-updates.nl, dan kunt u zich rechtstreeks richten tot de OGR Updates-redactie van STAB via ogr-updates@stab.nl.
Met vriendelijke groet,
Redactie van STAB OGR Updates
Rechtbank
- Rechtbank Oost-Brabant Het verbod in de Bomenverordening geldt op basis van de Omgevingswet als een verbod om zonder omgevingsvergunning een omgevingsplanactiviteit te verrichten. De omgevingsvergunning is terecht verleend omdat er sprake is van een groot maatschappelijk belang en er voldoende onderzoek naar beschermde diersoorten is verricht. 20-02-2024
- Rechtbank Limburg Dat de standaardnormen uit de Wgv niet worden gehaald, is voldoende reden om de vergunning op grond van BBT-conclusie 12 en 13 van de BBT-conclusies voor intensieve veehouderij te actualiseren. 08-02-2024
- Rechtbank Amsterdam Dat binnen de aangevraagde be- en ontgassingspraktijk de wettelijke grenswaarde kan worden overschreden en dat het niet verboden is dat deze grenswaarde wordt overschreden, betekent volgens de rechtbank niet dat onvoldoende is geborgd dat de activiteiten veilig plaatsvinden. 06-12-2023