Volgens de jurisprudentie van de Afdeling kan een projectbesluit slechts voorzien in de behoefte om, vooruitlopend op de vaststelling van een bestemmingsplan, een concreet bouwvoornemen te verwezenlijken dat, gelet op artikel 1.1, eerste lid, aanhef en onder f, van de Wro, wijzigingen aanbrengt in de fysieke leefomgeving. Gelet op deze jurisprudentie en de vastgestelde relevante feiten, heeft verweerder het verzoek van eiser om wijziging van de bestemming ten onrechte aangemerkt als een verzoek tot het nemen van een projectbesluit.

GS Drenthe

Lasten onder dwangsom wegens het zonder omgevingsvergunning verrichten van handelingen met afvalstoffen. Verweerder stelt zich op het standpunt dat, ondanks het voorhanden zijn van een concept-vergunning ingevolge de Wabo, niet op grond van het bestaan van concreet zicht op legalisatie van handhaving wordt afgezien. Daarbij baseert hij zich op de ‘Gedoogstrategie provincie Drenthe 2010’ die inhoudt dat in het geval van een oprichtingssituatie de vraag of er zicht op legalisatie is geen reden vormt om van handhavend optreden af te...

De Tegelenjurisprudentie blijft in geval van eenmaal verleende bouwvergunningen ook onder de nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening zijn relevantie behouden. Ingevolge deze jurisprudentie kan aan de rechtskracht van een eenmaal verleende bouwvergunning niet afdoen een latere vernietiging van een goedkeuringsbesluit van een bestemmingsplan. De mogelijkheid van een vernietiging door de Afdeling van het besluit tot vaststelling van het plan levert dan ook geen termen op voor een schorsing van de op basis van dit plan verleende bouwvergunningen.

GS Limburg

Wijziging vergunning voor een afvalstoffeninrichting. De wijziging bestaat uit het aan een milieuvergunning verbinden van twee nieuwe voorschriften waarmee gevolg wordt gegeven aan een daartoe strekkende uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak over deze vergunning. Eén van de personen die destijds tegen de milieuvergunning in beroep is gekomen, heeft thans opnieuw beroep ingesteld.

GS Noord-Brabant

Vergunning krachtens de Natuurbeschermingswet 1998 voor een veehouderij. Het tegen dit besluit ingediende bezwaar wordt ongegrond verklaard en tegelijkertijd wordt de vergunning door verweerder ingetrokken omdat hij van mening is dat voor de veehouderij niet langer vergunningplicht geldt. Door dit laatste is volgens verweerder geen sprake meer van een belang van appellant bij de beoordeling van het geschil. De Afdeling overweegt dat er vooralsnog van uit moet worden gegaan dat nog altijd sprake is van een vergunningplicht, ook al hoeven...

Het college van burgemeester en wethouders heeft geweigerd een aanvraag in te dienen bij gedeputeerde staten van Noord-Brabant voor ontheffing van de Verordening ruimte Noord-Brabant. De ontheffing van de verordening heeft betrekking op het verbod om een bestemmingsplan vast te stellen dat de vestiging van een intensieve veehouderij mogelijk maakt. Verzoekster heeft er belang bij dat op zeer korte termijn tot indiening van de aanvraag wordt overgegaan. Zonder ontheffing zou de beroepszaak van verzoekster tegen de weigering van de gemeenteraad...

Dinkelland

Milieuvergunning voor een melkveehouderij. Appellanten voeren onder meer aan dat ten aanzien van de aan de vergunning verbonden geluidgrenswaarden een controlevoorschrift (meetverplichting) ontbreekt. De Afdeling overweegt dat het hier niet gaat om een gpbv (ippc)-installatie zodat geen sprake is van een verplichting maar van een bevoegdheid om controlevoorschriften aan de vergunning te verbinden. Omdat in dit geval op eenvoudige wijze is na te gaan of aan de gestelde geluidgrenswaarden wordt voldaan, heeft verweerder zich in redelijkheid op het standpunt kunnen...